Tuesday, June 1, 2010

Klim-methodiek

Vandaag gaat het eindelijk zo ver zijn. Er gaat gefietst worden! Samen met het clubje wat in het huis aan de overkant van de weg zit, met o.a Rick, Wilma en een jongen die ik gisteren sprak die zelf zo’n twee jaar geleden nog behandeld werd omdat hij teelbalkanker had.  Dan hebben we nog Hennie, een van de motorrijders van Alpe D’HuZes, Sander, de fotograaf en hopelijk Gerrit en Suzy.

Een bijzonder groepje, Hennie, Suzy, ik, Wilma en de jongen die twee jaar geleden nog ziek was hebben nog nooit de Alpe op gereden. Ik ben nog nooit een berg op gereden en Hennie vertelde me gisteren dat ze alleen nog maar ervaring heeft met de Holterberg.

Sander is zo’n gevaarlijke fietser, in tegenstelling tot de rest van het groepje rijdt hij niet op zo’n uberlicht race fietsje, maar op een Mees, model Sherpa. Deze fiets is bedoelt voor vakanties, de Schwalbe Kojak banden zijn wat dikker, maar wel glad, het frame wat zwaarder, een recht stuur met opzet stuk aan de zijkant voor afwisseling van de handposities. De Sherpa is XT afgemonteerd en heeft een heel licht verzetje erop zitten. Het zadel... een inmiddels ingereden mooi lederen bruinen Brooks zadel. Sander is geen snelle jongen, hij hoeft niet als eerste boven te zijn, hij heeft niet de drang het in 1 keer door te rijden. Sander kan in zijn eentje enorme afstanden overwinnen en hij kan je achteraf nog vertellen hoe mooi het was, maar Sander is geen tourder. In zijn eentje kan hij ons er met gemak uit rijden. Met enorme kuiten en een leeg hoofd rijdt hij gewoon de wereld rond. Sander vertelde mij dat hij voor het klimmen iets geleerd heeft toen hij lopend naar Santiago de Compostella ging: in plaats van te denken aan de volgende kilometer, of aan hoe zwaar het is, heeft hij geleerd om de omgeving in zich op te nemen. Een bloem, een boom, Het stille zoemen van bewegende blaadjes aan de bomen die dansen in de wind, het zachtjes kletteren van een waterval.

Wat Sander doet is eigenlijk heel hip, in somige kringen, het heet mindfullness. Het is het bewust inhet moment zijn en waarderen en ervaren wat is en niet wat zou kunnen zijn of wat had moeten zijn. Wielrenners spreken vaak over het hoofd, zo moet het hoofd geen zware last met zich meedragen, want dat gewicht maakt het moeilijker om naar boven te fietsen. Ergenis aan een fietsmaatje is ook geen succes formule, weet ik uit eigen ervaring, wat bij mij schiet door de frustratie in het hoofd mijn hartslag omhoog. Verveling is ook niet goed. “Huisgenootje” Gerrit heeft zo zijn eigen methode.

Gerrit fietst namelijk zes keer omhoog aanstaande Donderdag en daarvoor is hij nu al twee dagen in de weer met zijn iPod en de muziek op zijn computer. De ultieme playlist tegen de verveling nadat hij de berg al een aantal keer is opgereden. In sommige bochten, de feestbochten, 7 en 16 is het heel druk en worden de Alpe D’HuZessers toegejuigd. Deze bochten slepen de rijder door het dooie moment en met een glimlach rijden ze dan verder. Na 100 meter is het weer gewoon klimmen en is de berg weer stijl. Het ultieme klimliedje voor Gerrit is “Kryptonite” van 3 doors down en dat andere nummer van Gruppo Sportivo en een heel gaaf nummer op de berg is volgens hem “Like the Way I Do” van Melissa Etheridge.
...

Mijn methode, weet ik nu zo’n 24 uur later, is er een van hallo zeggen tegen bloemen, vooral die mooie paarse en af en toe de berg aanraken met mijn hand in het voorbij rijden. Ik reed gisteren Le Col D’Ornon op, daarmee ging ik zo’n 650 meter de hoogte in over een afstand van 12 km, met een maximaal stijgings percentage van 10%. Bij elke bocht zei ik zachtjes “dankjewel dat ik hier ben”. Tot mijn grote verbazing ging het me best lekker af. Ik ben met iemand meegereden die al vaker een berg opreed en heb hem in alles na gedaan. Als hij zijn bidon pakte deed ik het ook, als hij schakelde deed ik het ook. Hij staan op de pedalen.... ik ook. En zo ben ik aan zijn zijde omhoog gereden. Onderweg hebben we gepraat, gelachen en wat mensen ingehaald die ons in het begin voorbij reden.

Alleen het dalen ging mij niet zo goed af, ik reed mee met een ploegje en scheurde best snel die berg af, totdat ik in de gaten kreeg dat er naast de weg HELEMAAL niets zat, een groot gat waar ik zo in zou kunnen rijden, mocht ik iets fout doen. Ongelovelijk bang ben ik gestopt en ik stond midden op de weg te huilen. Ik durfde niet vooruit, niet achteruit, niet naar links maar vooral niet naar rechts. Andere fietsers haalden me geschrokken in. Met mijn onervarenheid en angst maakte ik het door midden op de weg te staan gevaarlijk voor anderen. Uiteindelijk ben ik een stukje lopend verder gegaan. Even voelde ik me heel alleen en verloren. Fietsers reden aan me voorbij naar beneden, anderen ploegden naar boven en ik stond even buiten het fietsers geheel, met tranen over mijn gezicht en een vinger in mijn mond. Nu ik dit schrijf doet het me weer denken aan mijn vader.

Voordat hij geopereerd werd, een maand of twee geleden, stuurde hij me een kaart waarin hij aan me vroeg “lekker door te leven en plezier te hebben, want hij ging even niet meedoen, maar omdat hij van plan was weer terug te komen had hij het van mij nodig om door te gaan, want als hij dan weer mee gaat doen dan kan hij zo verder waar ik gebleven ben.” Nu is een berg oprijden voor mij best leuk, ik vind het gaaf, al heb ik de Alpe D’Huez nog niet gevoeld, maar ik vind omhoog best mooi. Maar stel nu als dat moment van gisteren een soort van metafoor is en die fietsers die naar boven ploegden en naar beneden sjeesden nu eens de gezonde mensen waren en dat mijn vader beneden aan de berg bedenkt om een stukje met me mee te fietsen en ik ergens halverwege de berg bedenk dat ik het niet zie zitten... dan staat die arme man daar op me te wachten... mooi is dat!

En dat is mijn tweede methode, als ik een berg opfiets of niet verder durf met dalen, dan denk ik even aan mijn vader en dan kan ik weer verder. Hier bij de Alpe D’HuZes noemen ze dat “dat ik mijn vader op mijn bagage drager heb zitten”



































































4 comments:

  1. Die "Mindfullness" methodiek is idd een mooie afleidings-methodiek. Tijdens mijn bergwandeltochten en bergfietstochten rationaliseerde ik de zware inspanning altijd naar: "ik ben genoeg getrained en geequipeerd om nog (b.v.) 6 uur dit inspannings-niveau vast te houden. Daarmee legde ik mezelf de geestelijke rust op die nodig was om door te gaan. Rest nog om gedurende die "gerationaliseerde" rustperiode voldoende afleiding te zoeken om de opstekende eentonigheid en eventuele emotionele dipjes tegen te gaan. En die afleiding kan op velerlei manier: Mindfullness, Muziek, Conversatie, Afleiding a.d. kant v.d weg, Trance..:-) etc. Het heeft veel weg van van de afleiding die je nodig bent om te stoppen met roken (weet ik uit eigen ervaring). Anyway: heel veel succes!!

    ReplyDelete
  2. Vandaag op de Alpe D'Huez kwam ik erachter dat kletsen ook werkt voor me :)

    ReplyDelete
  3. Ik lees je blog sinds een maand. Herken veel omdat ik ook een beginnende polder trapper ben. Meestal trap ik solo door de polder en steeds verder. Hier in Zeeland waait het eigenlijk altijd, terug windje tegen is soms zwaar. Ik neem dan ook de omgeving op, tot in detail. Het werkt! Ik ben nog nooit een alp op gefietst, maar ik kan me voorstellen, met het enthousiasme dat je aan de dag legt, hoe fantastisch mooi het moet zijn. Succes op d'Huez! greetz Stephan.

    ReplyDelete